Mohammed en Jezus

Sinds de aanval op Mohammed door Ayaan Hirsi Ali is er een taboe doorbroken. Eindelijk wordt er geschreven over de lelijke karaktertrekken van Mohammed. Goedwillende moslims nemen het natuurlijk voor Mohammed op en benadrukken zijn goede kanten. Zijn lelijke kanten worden dan verzwegen. Wat de discussie zo pikant maakt is dat het leven van Mohammed ten voorbeeld gesteld wordt aan alle moslims, zoals christenen Jezus als voorbeeld nemen: wat zou Jezus doen in mijn geval?

Over dat ten voorbeeld nemen van Mohammed spreekt de Nederlandse moslim Ayhan Tonca duidelijke taal in Trouw van 31 jan. 2003. Zijn getuigenis over Mohammed doet niets onder voor dat van een goede evangelisch christen over Jezus. "Ik houd van Mohammed met heel mijn hart. Hij is mijn leider, mijn idool," zegt hij. Dag en nacht is Mohammed in zijn gedachten. "Wat moet ik doen, en wat niet: Mohammeds leven geeft het antwoord. En als ik het niet meer weet, dan vraag ik aan God: laat mij leven zoals het grote voorbeeld dat U ons gegeven hebt. Ik wil zijn zoals hij." Ayhan Tonca is niet zomaar een moslim. Hij is de voorzitter van de TICF, de grootste moskeekoepel in Nederland, waarbij 143 gematigde moskeeën zijn aangesloten die door de Turkse overheid worden gecontroleerd.

Tonca is dus een gematigde moslim en hij heeft een heel selectief beeld van zijn profeet. Hij benadrukt de edelmoedigheid en barmhartigheid van Mohammed en zijn overige goede kanten. Van zijn zwarte kanten, bijvoorbeeld het feit dat Mohammed 700 joodse mannen heeft laten afslachten, blijkt hij niet af te weten.
Een andere moslim, drs. Bahaediddin Budak, imam en islamoloog, doet er in Trouw van 1 febr. 2003 nog een schepje bovenop. In een open brief aan Hirsi Ali prijst hij Mohammed regelrecht de hemel in. "Weet je hoe de profeet heeft gereageerd op de dag dat hij uit Mekka moest omdat hij de vrijheid niet meer had te zeggen wat hij dacht? Hij ging naar Taïf, een stad dicht bij Mekka, hij werd daar gestenigd en uitgescholden. Het bloed liep van zijn hoofd tot zijn tenen. De engel kwam naar hem toe en zei: ‘als je wilt, zorg ik ervoor dat de stad door de grond wordt opgeslokt.’ De profeet zei: ‘nee, het zijn mensen die niet weten.’"

De imam verhaalt ook hoe Mohammed barmhartigheid betoonde aan Mekka, nadat hij deze stad zonder slag of stoot veroverd had. Hij had het volste recht gehad om bloedig wraak te nemen, want ongeveer vijf jaar daarvoor had "Hind, de vrouw van Aboe Soefyaan, een van de leiders in Mekka, de oom van de profeet laten vermoorden, vervolgens at ze zijn hart op uit woede en wraakzucht." Mohammed heeft geen wraak genomen.

Hadieths
Het is maar goed dat de meeste moslims de lelijke kant van Mohammed niet kennen. Hoewel ze dat wel behoren, want ze staan onverbloemd in de hadieths, dat zijn de overleveringen van de profeet Mohammed. Uitgeverij Bulaaq heeft in 1995 voor een bloemlezing in Nederlandse vertaling gezorgd: Leidraad voor het leven. Ik kan dit boek iedereen aanbevelen die wat meer over de islam wil weten. Het geeft een levendig beeld van de situatie in het Arabië van de zevende eeuw en het leven van Mohammed. Het is een onverdachte bron, want de hadieths staan in hoog aanzien bij de moslims; ze hebben bijna net zoveel gezag als de Koran, die veel moeilijker te lezen is. Je kunt daarin lezen dat Mohammed een echt kind van zijn tijd was, die strooptochten hield om karavanen en andere stammen te plunderen, die de ene keer een genotshuwelijk toestond (gelegitimeerde prostitutie) en het de andere keer weer verbood, die verdragen schond, tegenstanders liet vermoorden, maar die ook heel veel goeds heeft gedaan en waarschijnlijk niet ten onrechte Al-Amien (de Betrouwbare) werd genoemd. Waarschijnlijk heeft Hirsi Ali de voor Mohammed beledigende anekdotes van haar eigen koranleraar geleerd.

De hadieths zijn bedoeld als voorbeeld ter navolging, vandaar ook de titel van het boek: Leidraad voor het leven. Als alle moslims het leven van Mohammed ten voorbeeld nemen zoals de Taliban en andere fundamentalistische moslims doen, dan kunnen ze beter maar niet meepraten in het normen- en waardendebat. Fundamentalistische moslims proberen Mohammed tot in de puntjes na te volgen. Zij laten hun baard groeien zoals ze denken dat Mohammed hem liet groeien (Bin Laden), ze poetsen hun tanden met een stokje omdat Mohammed dat ook deed, ze knippen hun nagels op de manier van Mohammed en ze plassen gehurkt omdat Mohammed dat ook deed. De Taliban hebben alle vormen van muziek verboden omdat Mohammed daar niet van hield. Helaas krijgen de fundamentalistische moslims steeds meer macht en invloed.

Liberale moslims
Liberale moslims benadrukken de hervormingen die Mohammed heeft doorgevoerd, bijvoorbeeld op het gebied van de vrouwen. Hij beperkte het aantal vrouwen dat een man mocht hebben tot vier (de slavinnen niet meegerekend), en dan moest hij ze ook nog goed kunnen onderhouden. (Voor hemzelf gold die regel niet, hij had een harem van minstens negen vrouwen, plus de nodige slavinnen als bijvrouwen. Een hadieth die aan Katada wordt toegeschreven verhaalt: "Anas ibn Malik heeft ons verteld: De Profeet was gewoon in één keer de ronde te maken langs zijn vrouwen, ’s nachts of overdag, en hij had er elf! Ik vroeg Anas: ‘Kon hij dat aan?’ Hij zei: ‘Jazeker; wij zeiden altijd: hem is de kracht van dertig mannen gegeven.’) Mohammed maakte het voor een man ook moeilijker om z’n vrouw weg te zenden. Hij verbood het doden van meisjesbaby’s. Die werden in zijn tijd soms levend begraven. Hij gaf de vrouw erfrecht. De vrouwen zijn er onder Mohammed dus sterk op vooruitgegaan, maar gelijke rechten als de man hadden zij nog lang niet. Liberale moslims, zoals Aboe Zaid, pleiten ervoor dat de islam doorgaat op de weg die Mohammed heeft ingeslagen. Geheel in de geest van Mohammed wil hij de vrouwen nog meer vrijheid en rechten geven. Aboe Zaid was professor aan de gezaghebbende Al Azar universiteit in Cairo. Maar vanwege zijn vooruitstrevende ideeën werd hij als afvallig beschouwd, waardoor hij z’n baan verloor en van z’n vrouw moest scheiden. Hij woont nu met z’n vrouw in ballingschap in het gastvrije Nederland, waar hem een leerstoel is aangeboden aan de universiteit van Leiden. Zo gaat het met liberale moslims. We moeten ons dus niet te veel voorstellen van een normen en waardendebat met moslims.

Het leven van Mohammed
Als we het leven van Mohammed bestuderen dan valt op dat hij twee geheel verschillende karaktertrekken vertoont. Zolang hij nog in Mekka optrad, de eerste tien jaar van zijn bediening, preekte hij met vuur de ene God. Hij dreigde met het oordeel van de jongste dag en schilderde de straffen van de hel in de felste kleuren, maar zelf gedroeg hij zich zachtmoedig. Hij werd vervolgd, met stenen bekogeld, maar sloeg niet terug. Dat zou ook niet verstandig geweest zijn, want de moslims vormden in Mekka slechts een kleine minderheid. Dat hij het zolang in Mekka kon uithouden, kwam doordat hij onder bescherming stond van machtige clanoudsten. In Mekka was hij slechts profeet en prediker.

Maar het werd hem te heet onder de voeten en Mohammed vluchtte naar Jathrib, wat hij omdoopte tot Medina. Hier aanvaardde Mohammed politieke macht. Hij kreeg de staatkundige leiding over de joodse en heidense stammen die in Medina woonden. Vanaf dat moment sloeg hij om als een blad aan de boom. Hier dringt zich een vergelijking met Jezus op. Ook Jezus kreeg op zeker moment politieke macht aangeboden, door Satan tijdens de verzoeking in de woestijn. Jezus moest daarvoor wel de satan aanbidden. Jezus is niet voor deze verleiding gezwicht. Is iets dergelijks soms ook met Mohammed gebeurd? Feit is dat Mohammed vanaf het moment dat hij politieke macht kreeg een heel ander mens werd. Hij maakte voortdurend ruzie met de Joden. Als een ware Ali Baba ging hij op strooptocht om karavanen en heidense stammen te overvallen. Dit alles rechtvaardigde hij met openbaringen uit de hemel, die in de Koran terug te vinden zijn. Hij ontpopte zich als een goed veldheer, en de overwonnen vijanden kregen de keus tussen de dood of moslim worden. (Joden en christenen mochten hun geloof blijven uitoefenen, maar moesten wel een vernederend capitulatieverdrag tekenen dat de praktisering van hun geloof sterk aan banden legde.) Uiteraard kozen de meesten ervoor om moslim te worden, daarmee redden ze niet alleen hun leven, maar ze vochten voortaan aan de kant van de onoverwinnelijke Mohammed en mochten dus delen in de buit. Zo kon Mohammed in tien jaar het hele Arabische schiereiland bekeren.

Kritiek
Sinds Medina wordt Mohammeds leven gekenmerkt door wraakzucht, moord en doodslag, en het verbreken van verdragen als het hem uitkwam. Hierin deed hij niet onder voor zijn tijdgenoten. Het plunderen van karavanen was een soort folklore waar iedereen aan meedeed, maar het was wel aan spelregels gebonden. Acht maanden van het jaar mochten de Arabieren op strooptocht, maar vier maanden niet. Dat waren heilige maanden, waarop men op bedevaart naar Mekka ging. Deze ongeschreven wet werd door Mohammed geschonden. Toen de moslims in Medina honger leden, stuurde Mohammed tijdens een van de heilige maanden een groep moslims erop uit om een karavaan uit Mekka te overvallen. Dat leverde hem niet alleen een rijke buit op, maar ook veel kritiek, en niet alleen bij z’n tegenstanders, maar zelfs bij z’n medemoslims. Aanvankelijk ontkende Mohammed dat hij opdracht had gegeven tot de overval, en verbood hij z’n mannen om de buit aan te raken. Maar de honger werd sterker en na een aantal dagen kreeg hij een openbaring uit de hemel (Koran 2:217), waarin zijn gedrag werd goedgekeurd. Voortaan zou alleen de maand ramadan heilig zijn.

Mohammed kreeg wel vaker kritiek van zijn eigen metgezellen. Op een keer, toen hij zijn adoptiefzoon Zaïd ging opzoeken, trof hij diens vrouw Zainab alleen thuis. Ze zag er zo lieflijk uit dat hij mompelde: "Lof zij Allah, de Verhevene, lof zij Allah, die de harten wendt." Hij vertrok onmiddellijk. Maar Zainab had zijn woorden gehoord en vertelde het aan haar man. Die liet zich subiet van zijn vrouw scheiden, zodat Mohammed haar tot vrouw kon nemen. Dit zou voor ons geen bloedschande zijn, maar in de Arabische cultuur van die tijd gold een huwelijk met de vrouw van een aangenomen zoon als bloedschande. Aanvankelijk weigerde Mohammed dus met haar te trouwen, maar toen kreeg hij weer eens een openbaring. Die is te vinden in Koran 33:4 en 36-40. "… En Hij heeft jullie aangenomen zonen niet [werkelijk] tot jullie zonen gemaakt. … Toen Zaïd de omgang met haar had beëindigd, hebben Wij haar tot jouw echtgenote gemaakt, opdat er voor de gelovigen geen belemmering zou zijn met betrekking tot de echtgenotes van hun aangenomen zonen, als dezen de omgang met haar beëindigd hebben." Dus kon Mohammed trouwen met de mooie Zainab. Dat was in het Arabië van die tijd ongehoord. Aïsja, zijn lievelingsvrouw, reageerde hierop heel opmerkelijk. Een moderne vrouw zou iets sarcastisch gezegd hebben in de trant van: "Je openbaringen komen je wel altijd goed van pas." Zo niet Aïsja. Zij zei: "Nu weet ik dat je geen openbaring achterhoudt, want als je er één had moeten verbergen, dan was het deze geweest."

Mohammed en de Joden
Zo barmhartig als Mohammed door sommigen wordt afgeschilderd was hij zeker niet. Je kunt hem eerder wraakzuchtig noemen. De dichtkunst stond in Arabië hoog aangeschreven. Mohammed was zelf een begenadigd dichter. Dichters gebruikten hun talent om wantoestanden aan de kaak te stellen en om hun leiders te hekelen. Zoals in onze tijd columnisten een politicus op de korrel nemen, zo deden in Mohammeds tijd de dichters dat. Hoewel Mohammed zelf ook geen blad voor de mond hield in zijn hekeldichten kon hijzelf geen kritiek verdragen. Zo liet hij de joodse dichter Ka’b ibn Asjraf vermoorden omdat hij spotdichten op Mohammed had gemaakt.

En Asjraf was niet de enige tegenstander die Mohammed uit de weg liet ruimen. Hij gaf ook opdracht tot moord op een rijke Jood. De broer van de moordenaar, die ongelovig was, nam het de moordenaar kwalijk, omdat de Jood veel voor hem betekend had. Waarop de moordenaar antwoordde: "Als hij, die mij dit bevel gaf, mij zou bevelen om jou ook te vermoorden, dan zou ik geen ogenblik aarzelen om dat bevel uit te voeren." Hierop raakte de broer zo onder de indruk van de macht van Mohammed, dat hij zelf ook moslim werd.

Er woonden drie joodse ‘stammen’ in Medina, met wie Mohammed voortdurend overhoop lag. De eerste stam werd al in het tweede jaar dat hij de baas was in Medina, door Mohammed naar Syrië verbannen, met achterlating van al hun bezittingen.
Toen Mohammed in de strijd gewond was geraakt, waagden Joden van de tweede stam het met hem te spotten. Zij vroegen of er ooit een profeet in de strijd gewond was geraakt. (Profeten vochten namelijk niet.) Mohammed besloot deze stam hiervoor te straffen. Hij belegerde hun nederzetting en liet alle dadelpalmen omhakken. Dat leverde weer gemor op onder de moslims, want dit ging regelrecht in tegen de Arabische traditie (en tegen de Joodse wet). Maar Mohammed kreeg weer een openbaring, Koran 59:5 "Dat jullie dadelpalmen hebben omgehakt en op hun wortels hebben laten staan, gebeurde met Gods toestemming en opdat Hij de verdorvenen te schande maakte." Deze stam gaf zich tenslotte over en mocht vertrekken, met achterlating van hun kostbaarheden.
Van de derde Joodse stam werden alle mannen uitgemoord, de vrouwen en kinderen gingen in slavernij.

Iedere moslim weet dat Aïsja Mohammeds lievelingsvrouw was. Talloze overleveringen (hadieths) worden aan haar toegeschreven. Mohammed trouwde met Aïsja toen ze zes jaar oud was, en had gemeenschap met haar toen ze negen was, ook dat is algemeen bekend, bijvoorbeeld uit een hadieth die in Nederlandse vertaling te vinden is in het boek Leidraad voor het leven. Aïsja zou gezegd hebben: "De Profeet is met mij getrouwd toen ik zes jaar oud was, en hij had gemeenschap met mij toen ik negen was."

Wat wij weten over het leven van Mohammed, zoals de hierboven ge geven voorbeelden, is bijna allemaal afkomstig uit de hadieths. Zoals de titel, Leidraad voor het leven, al aangeeft zijn de hadieths bedoeld als voorbeeld voor de moslims van vandaag. Gelukkig nemen de meeste moslims ze niet allemaal even letterlijk tot leidraad. Maar helaas beroepen Marokkaanse moslims die hun tienerdochter uithuwelijken zich wel op het voorbeeld van Mohammed.

Godsdienstvrijheid
God is liefde en wil liefgehad worden door de mensen. Hiervoor is een vrije wil nodig. Je kunt een mens wel dwingen om lief te dóen, je kunt een kind dwingen om lief te zíjn, maar je kunt niemand dwingen om lief te hébben. Daarom kan het christendom niet zonder godsdienstvrijheid. De islam geeft zijn onderworpenen (moslim betekent onderworpene) geen keuzevrijheid. Moslims dienen Allah meestal niet uit vrije wil, maar uit angst of dwang. Op afval van de islam staat de doodstraf. Laten wij de moslims Jezus voorhouden en voorleven, die niet de doodstraf uitdeelde aan degenen die Hem verwierpen, maar die zijn leven gaf voor degenen die Hem liefhebben, en die het eeuwige leven geeft aan wie op Hem vertrouwen. Helaas hebben de moslims die vrijheid niet, anders konden zij kiezen wie zij volgen willen, Mohammed of Jezus. Ik maak me sterk dat miljoenen voor Jezus zouden kiezen, als ze maar mochten of durfden.

Bijschrift:

Taïf. Op deze plaats werd Mohammed met stenen bekogeld door zijn tegenstanders. De plek werd tot bedevaartsoord. Er is een moskee gebouwd, die onder het wahabitische bewind in verval is geraakt. De wahabieten verafschuwen heiligenverering.


Kies dan heden wie gij volgen wilt

Mohammed:

Terecht zegt imam El Moumni: "De islam is de meest natuurlijke godsdienst." (Waarom ben ik moslim?)

Jezus:

Terecht zegt de apostel Paulus: "Het evangelie is niet naar de mens." (Galaten 1:11)

Deze twee artikelen van Wilmos Oosterhoff zijn in april 2003 in ‘De Oogst’ gepubliceerd.